Protestantse Gemeente Sleen

Doe ons leven op uw adem. Doe ons leven met uw Geest!

Pinksteren hebben we achter ons. De zomer is begonnen. Gods adem, Gods Geest, beademt ons. En adem is leven, geen adem is dood.

In zowel het nieuwe als het oude testament is de levensadem de ‘Geest van God’. Je hele leven, elke dag leef je met een doel en elke minuut, elke seconde mag je opnieuw beginnen als mens van God. Zoals de eerste kreet van een pasgeboren kind voorafgegaan wordt door de eerste zelfstandige ademhaling, zo wekt élke ademteug ons opnieuw tot leven met God. Zo is dat voor kleinen en groten, voor machtigen en onmachtigen.

Vandaag, zondag 13 juli  lezen we psalm 2:

Al die machthebbers met hun gebalde vuisten,

hun dreunende woorden –

potsierlijker kan het niet, vruchteloos gewriemel,

luid klinkt zijn lach door de hemel.

Laten ze maar uitkijken. 

Koningen noemen ze zich.

Slechts één is er koning: de gezalfde, zijn zoon.

Laten ze maar uitkijken, oppermachtig is hij,

met één gebaar verpulvert hij hun namen. 

Koningen –

ze moesten hun verstand gebruiken.

God is God, mens is mens.

Weet toch jullie plaats: aan de voeten van de zoon.

Wat een koningen zullen jullie nog zijn.
                              
 Hans Bouma

                                   WE KOMEN BINNEN IN GODS HUIS

Vooraf zingen we: Psalm 2: 1

Wat drijft de volken, wat bezielt ze toch?
Wat is de waanzin toch die zij beramen?
De groten staan gewapend tot de slag,
de machtigen der wereld spannen samen.
't Is tegen het gezag van God den Here
en tegen zijn gezalfde vorst gericht:
“Kom”, zeggen zij, “laat ons hun banden scheuren,
tot alle macht in onze handen ligt!”

Welkom en mededelingen

De kaarsen worden ontstoken

Muziek tot eer van God

                                                                                        we gaan staan

 

 

Openingslied:  Psalm 72: 1,  Geef, Heer, de koning uwe rechten

Geef, Heer, de koning uwe rechten
en uw gerechtigheid
aan 's konings zoon, om uwe knechten
te richten met beleid.
Dan ruist op alle bergen vrede,
heil op der heuvlen top.
Hij zal geweldenaars vertreden,
maar armen richt hij op.

Hij zal de redder zijn der armen,
hij hoort hun hulpgeschrei.
Hij is met koninklijk erbarmen
hun eenzaamheid nabij.
Hij helpt, met hun bestaan bewogen,
die zijn in vrees verward.
Hun bloed is kostbaar in zijn ogen.
Hij draagt hen in zijn hart.

Bloeie zijn naam in alle streken,
zolang de zon verrijst.
Zijn koningschap zij ons een teken
dat naar Gods toekomst wijst.
Dat opgetogen allerwegen
de volken komen saam,
elkander groetend met de zegen
van zijn doorluchte naam.

Bemoediging en drempelgebed

V: Onze hulp is in de Naam van de Heer,

die hemel en aarde gemaakt heeft,

            die ons vult en vraagt op te staan

            tegen onrecht, onmacht en tegen alle dood.

            wij bidden: doe ons leven op uw adem

Allen:     doe ons leven met uw Geest.  Amen.

we gaan zitten

Gebed voor de nood van de wereld

Zingen glorialied  871: Jezus zal heersen waar de zon

Jezus zal heersen waar de zon,

gaat om de grote aarde om,

de maan zijn lichte banen trekt,

zover het verste land zich strekt.

Het lied in alle talen zal,

zijn liefde loven overal

en uit de kindermond ontspringt,

de lofzang die Zijn naam omringt.

Zijn rijk is volle zaligheid,

wie was gevangen wordt bevrijdt,

wie moe was komt tot rust voorgoed,

wie arm was leeft in overvloed.

Laat loven al wat adem heeft,

de Koning die ons alles geeft.

O aarde om dit nieuw begin,

stem met het lied der englen in.

Groet:

V: De Heer zij met u

Allen: OOK MET U ZIJ DE HEER! 

Gebed van de zondag

 Met de kinderen 

Zingen: Het lied van Mirjam en Micha

 Psalm 2, gezongen en gelezen

Lezen: 1 Waartoe leidt het woeden van de volken,

het rumoer van de naties? Tot niets.

2 De koningen van de aarde komen in verzet,

de heersers spannen samen

tegen de HEER en zijn gezalfde:

3 ‘Wij moeten hun juk afwerpen,

ons van hun boeien bevrijden.’

4 Die in de hemel troont lacht,

de Heer spot met hen.

5 Dan spreekt Hij tot hen in woede,

en zijn toorn verbijstert hen:

6 ‘Ikzelf heb mijn koning gezalfd,

op de Sion, mijn heilige berg.’ 

7 Het besluit van de HEER wil ik bekendmaken.

Hij sprak tot mij:

‘Jij bent mijn zoon,

Ik heb je vandaag verwekt.

8 Vraag het Mij

en Ik geef je de volken in bezit,

de einden der aarde in eigendom.

9 Jij zult ze breken met een ijzeren staf,

ze stukslaan als een aarden pot.’

Zingen Psalm 2: 4

O machtigen, o koningen, weest wijs.
Laat u gezeggen, rechters zonder rede.
Vreest God de Heer en dient Hem naar zijn eis,
verheugt u bevend, zoekt bij Hem uw vrede.
Kus toch de zoon, opdat gij niet te gronde
gaat op uw weg. Te licht wordt hij getart
en kan zijn gramschap tegen u ontbranden.
Maar zalig zijn die schuilen aan zijn hart.

Lezen: Efeziers 5: 1 en 19

19……. en zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de Geest u ingeeft. Zing en jubel met heel uw hart voor de Heer 20 en dank God, die uw Vader is, altijd voor alles in de naam van onze Heer Jezus Christus.

Zingen:  psalm 136: 1 Loof de Heer want hij is goed

Loof de Heer want hij is goed

Trouw in alles wat Hij doet

Want zijn goedertierenheid

zal bestaan in eeuwigheid

Preek

 Zingen: lied 146c, Alles wat adem heeft love de Here: 2, 5, 7

Vorsten zijn mensen uit aarde geboren,

zij keren eens tot aarde weer;

rijkdom en macht, het gaat alles verloren,

niemand gedenkt hun daden meer.

Machtigen wank’len in hun waan,

roepen wij dan de Here aan.  Halleluja, halleluja!

O gij verdrukte, die onrecht moet lijden,

Hij die u recht verschaft is hier!

Hongrige, Hij wil u spijze bereiden,

dorstige, zie de heilsrivier!

Zijt gij geboeid, Hij maakt u vrij;

God schenkt genade velerlei. Halleluja! Halleluja!

Roem dan, gij mensen, en lofzing tezamen

Hem die zo grote dingen doet.

Alles wat adem heeft roepe nu Amen,

zinge nu blijde: God is goed!

Love dan ieder die hem vreest

Vader en Zoon en Heil’ge Geest!  Halleluja, halleluja!

Gebeden

Gebed over de gaven, dank- en voorbeden, stil gebed, Onze Vader

Onze Vader in de hemel,  laat uw naam geheiligd worden,
laat uw koninkrijk komen,
laat uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel.
Geef ons vandaag het brood dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven wie ons iets schuldig is.
En breng ons niet in beproeving,
maar red ons uit de greep van het kwaad.
Want aan u behoort het koningschap,
de macht en de majesteit, in eeuwigheid. Amen.

we gaan staan

Zingen Slotlied: mel lied 655, in wisselzang:

Hier zijn wij weer op weg gezet

Allen:

Hier zijn wij weer op weg gezet

om vrede tegemoet te gaan.

De toekomst die is aangezegd

moet doorverteld, verstaan, gedaan.

Boven de 60 jaar:

De koningen van man en macht

zijn van hun schone schijn ontdaan

nemen het voor de zwakke op,

lopen aandachtig achteraan.

Onder de 60 jaar:

Zij hebben eens het woord gehoord:

“Wie groot wil zijn moet dienaar zijn”,

en elkaar dragend weten wij:

dat woord zal ons ten leven zijn.

Allen:

Wat wordt gezongen onderweg?

Een levenslied tegen de dood:

“Hij heeft de groten neergehaald

en kleine mensen maakt Hij groot”

 Allen:

Maar wie zijn wij? Wij gaan op pad,

zingen elkaar de toekomst in.

Wij struikelen en staan weer op:

Iedere dag een nieuw begin.

 Zegen 

V: Het leven is kort en we hebben niet veel tijd om de harten te verblijden van degenen die met ons meereizen. Dus: haast je lief te hebben en spoed je vriendelijk te zijn en ontvang daartoe de zegen:

De Here zegene en behoede u .

De Heer doe zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig.

De Heer verheffe zijn aangezicht over u en geve u vrede

Gemeente zingt:    Amen    

 

Organist: Karin Heeling-Uenk

Ambtsdragers: Tonny Warners, Carolien Haan, Greet de Vries, Ellen Sonneveld

Kosters: Riekus Reinders en Cobie Ouwerkerk

Camera: Wim vd Kloet

Beamer: Femmy Dijks